Katten staan bekend als fijnproevers: wat niet naar hun smaak is, laten ze gemakkelijk staan. Maar wat ze wél lekker vinden, is niet per se altijd gezond. Wil je jouw maatje op een natuurlijke én verantwoorde manier vlees voeren wat ze écht lekker vinden? Dan zijn dit 7 handige weetjes over het voeren van vers vlees aan katten.
1. Zorg voor complete kattenvoeding
‘Compleet voeren’ is de gouden regel. Dat betekent dat het voer alle essentiële voedingsstoffen bevat die jouw kat nodig heeft volgens het BARF-principe. Een goede basis bestaat uit minimaal vier verschillende diersoorten, met voldoende orgaanvlees, spiervlees en bot.
Een mooi voorbeeld hiervan is DARF Kat KVV: een natuurlijke mix van kip, rund, lam en geit, speciaal afgestemd op de kattenmaag. Zonder pens (want daar houden katten meestal niet van) en minder calcium/bot dan hondenvoeding. Zo weet je zeker dat je kat niets tekort komt en dat ze het lekker zullen vinden.
2. Laat rauwe groenten achterwege
Hoewel groenten voor mensen gezond zijn, is dat voor katten niet het geval. Rauwe groenten zijn moeilijk verteerbaar voor katten. Sterker nog, sommige groenten kunnen maag- en darmklachten veroorzaken, zoals winderigheid, diarree of misselijkheid. Het is daarom niet aan te raden om je kat rauwe groenten te voeren, ook al lijken ze gezond.
3. Hart is een superfood voor je kat
Hart is rijk aan taurine, een essentieel aminozuur voor katten. Daarnaast bevat hart, in vergelijking met ander spiervlees, aanzienlijk hogere gehaltes aan taurine, ijzer, koper, selenium, riboflavine (vitamine B2), niacine (vitamine B3), pantotheenzuur (vitamine B5) en vitamine B12. Vooral het extra taurine is essentieel voor katten, omdat zij dit aminozuur niet voldoende zelf kunnen aanmaken.
Hart is een waardevolle toevoeging aan het menu, maar het is belangrijk om het altijd te combineren met andere diersoorten voor een volledig en gebalanceerd dieet. Geef je bijvoorbeeld Geitenhart van Alroda? Gebruik dit dan als ongeveer 10% van de dagelijkse voeding.
4. Let op het vochtgehalte in kattenvoer
Veel katten drinken van nature weinig, wat in extreme gevallen kan leiden tot blaas- of nierproblemen. Gelukkig kun je het vochtgehalte aanvullen via hun voeding. Kies daarom voor vers vlees met minimaal 65% vocht. Dit ondersteunt niet alleen de hydratatie, maar ook een gezonde darmflora. Een win-winsituatie dus!
5. Verdeel de maaltijden over de dag
In de natuur eet een kat meerdere kleine maaltijden per dag. Probeer dit thuis dus zoveel mogelijk na te bootsen. Geef bijvoorbeeld een portie in de ochtend en in de avond en zorg eventueel voor (een) extra snack(en) moment als jij van huis bent. Dat helpt bij een stabiele spijsvertering én voorkomt schrokken.
6. Ontdooi vers vlees nooit in de magnetron
De magnetron lijkt handig, maar is echt een no-go voor rauw vlees. De straling doodt goede bacteriën en kan de gemalen botdeeltjes in KVV hard maken, wat gevaarlijk kan zijn voor je kat. Laat vlees dus altijd rustig ontdooien in de koelkast of in een gesloten zakje in koud water.
7. Serveer het vlees op een plat bord
Katten zijn kieskeurig, ook als het gaat om hoe ze eten. Een diepe voerbak is vaak frustrerend, omdat hun gevoelige snorharen de randen raken. Dit kan zelfs leiden tot stress of minder eten. Gebruik daarom liever een plat bord of ondiepe schaal.
Tip bij meerdere katten: serveer het vlees op een groot dienblad met voldoende ruimte, zodat iedereen op z’n gemak kan eten.
Benieuwd hoeveel vers vlees jouw kat precies nodig heeft? Elk dier is uniek. In de footer op onze website hebben we een handige tool om jou opweg te helpen! Darf.nl